Energie in de toekomst: De stekker eruit!

De energietransitie betekent ook meer loskomen van het stopcontact

Soms komen we er pas in de vakantieperiode achter dat we beter zonder stopcontact kunnen dan we denken. Via gastankjes, de accu van de auto, houtskool en koelelementen uit de kampwinkel kunnen we voor een groot deel in onze ‘energiebehoefte’ voorzien.

Onafhankelijkheid van het stopcontact is niet alleen leuk voor op de camping, maar ook belangrijk voor de toekomst van onze energieconsumptie: we moeten minder vastzitten aan het energienetwerk, meer eigen energie opwekken en dit met elkaar delen. Zo voorkomen we ook dat het energienetwerk overbelast wordt en kan het stabiel blijven. Daarnaast ontstaat er een hele nieuwe markt voor het handelen, delen en ruilen van energie.

Dit artikel is gepubliceerd bij PowerSwitch, het platform voor de energietransitie (bij ONE World).

Het energienetwerk stabiel houden

De afgelopen eeuw zijn we steeds afhankelijker geworden van het stopcontact. Begrijpelijk, het centrale energienetwerk zorgt immers voor een uiterst betrouwbare levering van stroom en gas. Zonder nadenken steken we het ene na het andere apparaat in het stopcontact en doen we de lichten aan.

Maar met dat stopcontact zijn we afhankelijk geworden van energieproducenten en netwerkbeheerders. Hierdoor bepalen zij in belangrijke mate welke investeringen er gedaan worden in de verduurzaming van onze energiehuishouding. En via de zogeheten salderingsregeling, een vastgestelde prijs voor de elektriciteit die huishoudens terugleveren aan het net, bepaalt de overheid in hoeveel jaar we onze eigen zonnepanelen terugverdienen.

De komende jaren voorzien netwerkbeheerders en energiemaatschappijen grote investeringen. De verwachting is dat schommelingen in de energieproductie zullen toenemen, waardoor het stabiel houden van het netwerk een grote uitdaging zal zijn. Dat komt doordat de opbrengst van wind- en zonne-energie sterk kan variëren en er meer kleinschalige producenten bij komen: burgers met zonnepanelen en kleine energiecoöperaties, bijvoorbeeld van boeren met eigen windmolens.

De netwerkbeheerders en energiemaatschappijen hebben de verantwoordelijkheid om ondanks al deze schommelingen het energienetwerk stabiel te houden; tegen een constante energieprijs. Investeringen zullen daarom nodig zijn, om schommelingen tijdig te voorspellen en te ondervangen. Oftewel: kostbare en tijdrovende ingrepen die we uiteindelijk terug zullen zien in onze energierekening.

Nieuwe (decentrale) energiemarkt

Stel je nu eens voor dat burgers en bedrijven het gros van de energie die ze opwekken met hun zonnepanelen, warmtepompen en elektrische zonneauto’s, zelf gaan opslaan of verhandelen in plaats van terugleveren aan het stopcontact. Dan kan er een hele nieuwe energiemarkt ontstaan waarin burgers en bedrijven onderling energie met elkaar delen of aan elkaar verkopen.

Stel je voor: geen suiker maar energie lenen van de buren. Even je elektrische fiets of auto opladen bij de winkel terwijl je binnen boodschappen doet. Sommige bedrijven, waaronder Starbucks en IKEA, denken nu al serieus na over zulke vormen van klantvriendelijkheid en dienstverlening. In de toekomst zul je dan een volle accu kunnen kopen bij de supermarkt of tankstation, terwijl je een lege inlevert, zoals je dat nu ook doet met koelelementen in de kampwinkel.

Er zal dan ook een groter aanbod aan apparatuur beschikbaar komen waarmee je zelf kleinschalig energie kunt opwekken: elektrisch, met de zonnepanelen op je dak of mechanisch, door al fietsend je telefoon op te laden bijvoorbeeld. En er zullen veel meer apparaten komen met een ingebouwde accu en zonnepanelen. Denk aan hoesjes voor laptops en smartphones, tuinverlichting die zichzelf gedurende de dag oplaadt, een draagbaar zonnepaneel of een rolgordijn waarmee de airco van voeding wordt voorzien tijdens hete zomerdagen. Ook de auto’s van de toekomst zullen geleverd worden met in het dak verwerkte zonnepanelen.

En zo groot is die stap ook weer niet: denk aan de powerbanks en kleine accu’s die we nu al thuis hebben liggen of onderweg meenemen. Elke elektrische auto is een nieuw, klein energiestation dat energie kan opslaan en uitwisselen, met elke auto groeit dit ‘netwerk’. We investeren daarmee in apparatuur en ‘infrastructuur’ die van onszelf is, in plaats van apparatuur van netwerkbeheerders, die we betalen via de (hogere) energierekening. Een zonnige dag kan in de toekomst een extra prikkel worden om een paar accu’s bij te kopen en een handeltje te beginnen in energie. Allemaal ontwikkelingen die met het huidige overheidsbeleid (de eerdergenoemde salderingsregeling) eerder ontmoedigd dan gestimuleerd worden.

Een leven zonder stopcontact

Uiteindelijk zullen we minder afhankelijk worden van een groot centraal energienetwerk om in onze energiebehoeften te voorzien (‘off grid’). In plaats van dit netwerk alsmaar groter, complexer en instabieler te laten worden, maken we onszelf als burgers juist zelfstandiger en weerbaarder. Minder kwetsbaar wanneer grote netwerken tijdelijk uitvallen of gehackt worden.

Het stopcontact kan dan het stabiele netwerk blijven waar we op kunnen terugvallen, waar we ‘s nachts en in de winter – op voorspelbare momenten – onze energie uithalen, maar veel minder dan we nu doen.

Zo zal de energietransitie veel meer betekenen dan een voortzetting van de status quo, waarbij we op oude manieren stroom blijven consumeren die slechts in plaats van uit kolencentrales uit windmolenparken en biomassa komt. Een zomer op de camping laat zien dat dit makkelijker voorstelbaar is dan je in eerste instantie zou denken.

Lees meer over de energietransitie

unsplash-logoNeven Krcmarek

Een gedachte over “Energie in de toekomst: De stekker eruit!

Reacties zijn gesloten.