Vorige week werd de Global Innovation Index 2012 gepubliceerd, waarin de innovatie-prestaties van 141 landen werd vergeleken op basis van infrastructuur, R&D-investeringen, onderwijs, octrooien, ICT-gebruik en (online) creativiteit. Nederland scoorde hierin een toppositie op plaats 6. Dat was vooral te danken aan een sterke innovatie-output, onder andere door hoog ICT-gebruik.
Deze uitkomst past bij het positieve beeld dat eind juni werd neergezet met TEDxBinnenhof – de Innovation lecture van het ministerie van EL&I had dit jaar de opzet van de conferentie TED gekregen. In de ‘Catwalk for innovation’ werden tien innovatieve projecten en ideeën gepresenteerd op het gebied van onder andere waterzuivering, schone energie en medische diagnostiek. Het ‘bewijs’ dat Nederland heel innovatief is.
Eerder die maand luidde TNO nog de noodklok over de innovatiekracht van Nederland. De R&D-cijfers van de afgelopen jaren laten een daling zien. Nederland verliest vaart, en zakt in de R&D-statistieken verder weg naar de Europese middenmoot. En dat terwijl de Nederlandse regering de ambitie heeft om wereldwijd tot een kopgroep van vijf meest innovatieve landen te behoren. Werpt dit nu een zwarte schaduw op de spotlights van de catwalk?
Nieuwe vormen van innovatie
Het feit is dat de R&D-statistieken noch de ‘modeshow’ van TEDx een goede graadmeter zijn voor de innovatiekracht van Nederland. Ze geven een eenzijdige blik op innovatie en gaan voorbij aan enkele belangrijke ontwikkelingen die gaande zijn in onze economie.
Sectoren en landen met een hoog percentage R&D-investeringen groeien gemiddeld genomen sneller. Maar magere R&D-cijfers hoeven niet automatisch het tegenovergestelde te betekenen. Zo is Nederland al jarenlang toonaangevend op het gebied van voedingsmiddelen en heeft het een sterke logistiek. Dit zijn sectoren die traditioneel lagere relatieve R&D-investeringen kennen dan bijvoorbeeld high-tech systemen en farma. Bovendien verdient Nederland steeds meer geld met diensten, getuige ook de sterke economische groei langs de as Amsterdam-Utrecht. Deze processen laten zich niet gemakkelijk meten, laat staan vangen in een index.
Ondertussen is er een ontwikkeling gaande waarbij burgers belangrijke spelers worden op het gebied van innovatie. Door het internet en andere opkomende doehetzelf-technologieën kunnen burgers gemakkelijker zelf ideeën uitwisselen en producten maken en ontwikkelen. Een verwachte doorbraak op het gebied van 3D-printing zou hier het komende decennium een nieuwe impuls aan kunnen geven. Tegelijkertijd kunnen bedrijven en overheden meer gebruik maken van de kennis, ideeën, creativiteit en menskracht van burgers. Bijvoorbeeld door een deel van de ontwikkeling van producten uit te besteden aan burgers, of door ideeën af te tappen. Bedrijven zoals Procter & Gamble hebben door middel van deze zogenaamde crowdsourcing sneller nieuwe innovaties kunnen ontwikkelen.
Diverse onderzoeken, case studies en rapporten laten zien dat co-creatie steeds belangrijker wordt voor innovatie. [zie o.a. deze rapporten van McKinsey, Philips Design en Stichting Toekomstbeeld der Techniek] Producten en diensten worden steeds vaker ontwikkeld in samenwerkingsverbanden tussen bedrijven, overheden en consumenten. Direct contact met en samenwerking met gebruikers is doorslaggevend voor het succes van innovaties. Innovatie komt dus steeds meer in netwerken tot stand waarbij de activiteiten steeds minder als klassieke onderzoek en ontwikkeling zijn te typeren en steeds minder horen bij (gevestigde) instituties. De innovatiekracht van een land zal dus op een nieuwe manier moeten worden gemeten.
Een nieuwe blik op innovatie en beleid
Creativiteit, netwerken en nieuwe business models gebaseerd op de ‘wisdom of crowds’ zullen mede bepalend zijn voor hoe innovatieprocessen er de komende decennia uit zullen gaan zien. De vraag is hoe deze ontwikkelingen met sterke sociale en maatschappelijke dimensies zich gaan verhouden tot de bestaande economie met industrie en diensten. En wat betekent dit alles voor het toekomstige innovatiebeleid? Tijd voor een ruimere blik op innovatie!
Meer over innovatie lees je in hoofdstuk 4 van het boek ‘Samen slimmer’.
Dit artikel verscheen op de weblog van het Rathenau Instituut. Deze blog is het vertrekpunt van een onderzoek naar innovatie bij het instituut